Zo tijdelijk als de tijd

1 november 2019 - Christchurch, Nieuw-Zeeland

Kia Ora!

Toch maar weer een blog in elkaar geflanst, ondanks dat ik steeds weer denk ”Pfff... Ik kap ermee.” vervolgd door “Ajoh, leuk voor later”. Het resultaat; een wirwar aan tekst en het bevat misschien 2% van wat ik daadwerkelijk gedaan heb... Komt ie;

Het leven van een backpacker – iets dat ik mij overigens al lang niet meer voel, – blijft keer op keer een verrassing. Niet alleen voor mijn familie en vrienden thuis, maar vooral voor mijzelf. Ik heb geen idee wat ik volgende maand doe, of hoe mijn leven er over een jaar uitziet. Iedere dag word ik wakker en – zie naast de dag – vooral de datum op mijn telefoon. De dagen hebben hun betekenis lang geleden verloren. Een maandag staat gelijk aan de zaterdag, waardoor ik meer waarde hecht aan het getal van de maand. Veelal herinner ik mij waar ik op exact deze datum één jaar geleden was. Ik sluit vaak even mijn ogen en probeer de details te herinneren. Wat deed ik op die dag, hoe voelde ik mij, met wie was ik en waar dacht ik over na. Het zijn vooral mooie herinneringen waar ik nog dagelijks met een grote glimlach aan terugdenk. Soms moet ik lachen, omdat ik op deze datum in het verleden wel eens hetzelfde deed naar de toekomst. Toen mijn Nieuw Zeelandse visum op 10 Juli werd goedgekeurd bijvoorbeeld; ik was toen op Bali in Canggu. Ik verbleef samen met Nuria in een eco hostel en gilde van geluk toen ik de email las. Die dag kon ik alleen maar denken; over één jaar woon ik ergens in Nieuw Zeeland. Ik kon er destijds geen voorstelling bij maken en vond het moeilijk te geloven dat ik nog zo lang van huis weg zou blijven. Ik had vage ideeën van hoe het zou zijn, wat voor werk ik misschien zou gaan doen en waar ik uiteindelijk zou wonen. Als ik al ergens zou gaan wonen... Misschien koop ik wel een camper of verblijf ik in hostels of ga ik vrijwilligerswerk doen bij verschillende wwoofing hosts. Het onbekende vind ik heerlijk, lekker dagdromen en fantaseren. Alles is mogelijk en wie weet wat er in de tussentijd allemaal op je pad komt of gebeurd. Zo had ik op 10 juli vorig jaar bijvoorbeeld nooit verwacht dat ik het afgelopen jaar een flinke aardbeving mee zou maken of mijn hoofd kaal zou scheren. Om dan ook nu, – 1 jaar later – aan de andere kant van die tijdmachine te staan is heel grappig.

Tijd is een bijzonder fenomeen geworden op reis, ik ben mij nooit eerder zo bewust geweest van de tijd als nu. Alles is tijdelijk in het leven, maar op reis realiseer je je dat pas echt goed. Alle plekken, ervaringen en mensen, je neemt ze niet voor lief en probeert er keer op keer alles uit te halen, het in je op te nemen en natuurlijk te genieten. Er is op reis geen 'later', geen tijd voor continue uitstellen of stomme smoesjes bedenken. Hierdoor loop ik wel eens iets te hard van stapel, omdat ik niets wil ik missen. Dat ik mijzelf daardoor meerdere keren voorbij ben gelopen is dan ook niet zo vreemd. Naast dat de enorme hoeveelheden nieuwe ervaringen, ontmoetingen en het nomadenbestaan veel energie geeft, kost het ook energie. Je moet jezelf rust en tijd geven om op te laden en leren dat je nu eenmaal niet alles kunt doen of zien. Die rust en tijd heb ik in Wanaka gevonden, voor het eerst heb ik mij weer eens verveeld en de hele avond op de bank gehangen met een film, kop thee en een zak chips. Iets dat ik thuis wekelijks deed en stiekem best gemist had. Het ontbreken van een thuisbasis, heeft vaak voor een onrustig gevoel gezorgd. Je niet kunnen terugtrekken of je spullen zorgeloos neergooien, dingen die thuis heel vanzelfsprekend zijn. Wanneer ik de eindeloze Facebook posts – van hopeloze woningzoekende op alle Wanaka Housing pages – voorbij zag komen, besefte ik mij keer op keer weer hoeveel geluk ik heb gehad met mijn plekje. Kayleigh, Monique en Matt zijn fijne huisgenoten, die net als ik allemaal graag thuis zijn. Vaak hingen we 's avonds met z'n alle in de huiskamer, open haard aan en een stoeiende Kai en Luther voor live entertainment. Kayleigh mengde zich graag in de stoeipartij en rolde soms blaffend over de grond met een overenthousiaste Kai springend over haar heen. Monique schudde dan lachend haar hoofd. “Kayleigh! This is why Kai is such a wild dog!” Kai en Luther waren absoluut een positieve toevoeging aan het huis, zij maakten mijn thuisgevoel compleet. Iedere ochtend werd ik kwispelend opgewacht vanachter mijn deur, Kai was er altijd om je te verwelkomen. Tenzij er eten is, eten staat sowieso op nummer 1. Luther was stiekem mijn favoriet en deed mij qua karakter denken aan mijn oude poes Maya. Stampend en brommend zat ze op schoot, wanneer ik in mijn ochtendjas mijn ontbijt at. Stiekem aasde ze op het lege schaaltje, die ze soms mocht uitlikken als ik klaar was. Wat eten betreft zitten die twee wel op één lijn. Een ander groot pluspunt aan het huis was de open haard. Aan het begin had ik vooral ruzie om het kreng aan te krijgen, maar inmiddels ben ik een pro. Iedere avond zat ik als een pyromaan in het vuur te prikken, terwijl Matt zuchtend zijn wekelijkse bende van de keuken maakte wanneer hij weer eens één van zijn beroemde 'one-pot meals' in elkaar flanste. Met een hoop herrie en weinig liefde, gooide hij zijn blikken; bonen, mais en tomatenblokjes in de grootste pan van het huis. Met een hoeveelheid waar je een opvanghuis mee kunt voeden, was hij voor de komende dagen weer klaar. Ik genoot van de chaos en observeerde alles lachend vanaf de keukentafel. Matt kwam vervolgens tegenover mij zitten en vergeleek zijn bord met de mijne. Teleurgesteld propte hij zijn creatie – wat hij vervolgens in een wrap had gewikkeld – naar binnen. Ik ben hier namelijk nogal aan het koken geslagen en probeer iedere week een nieuw recept uit. Nu ik geen vlees meer eet, heb ik mijn kookkunsten moeten aanpassen. Dat heeft koken in mijn ogen een stuk interessanter gemaakt.

Al om al was het geen strenge winter en waren de temperaturen erg mild. “Oh wat heerlijk!”, hoor ik je denken. Echter had ik mij juist ingesteld op een hele koude winter, met veel sneeuw en vorst. Deze milde winter was dan ook niet bepaald voordelig voor Cardrona, het skiresort waar ik voor bijna duizend dollar een seizoenspas had aangeschaft... Begin Juni was de opening, maar het duurde bijna 1,5 maand voordat er eens een flinke pak sneeuw viel. Hier heb ik welgeteld twee keer plezier van gehad, voordat het weer gesmolten was tot een grauwe slushpuppy. Het voelde net als Game of Trones, waar ze je zes seizoenen lang lekker maken, met de woorden; “Winter is Coming!”. Die strenge winter, die na drie afleveringen weer voorbij is. Ik heb de winter dan ook vooral ervaren als enkel wachten tot hij eindelijk kwam. Totdat ik begin September naar huis fietste en ik langs de kant van de weg narcissen in bloei zag staan. “Huh, is het alweer lente?” dacht ik verward. Ondanks het gebrek aan kou en sneeuwval, heb ik een fantastische winter gehad en een aantal geweldige dagen kunnen snowboarden. Dit deed ik voornamelijk met Helena, die net als ik nog een beginner was. Iedere week, of om de week gingen we liftend naar Cardrona. Zo nerveus en ongemakkelijk als we ons de eerste keer voelden, zo eenvoudig doe ik het nu in mijn eentje. Staan, duim omhoog en lachen. Het duurt vaak nog geen 5 minuten en het is super leuk om te doen! Eenmaal op de berg aangekomen liepen we niet te hard van stapel en hebben we ons voornamelijk op de groene piste vermaakt. Ik ben ook zeker een stuk beter geworden en was mijn laatste dag best wel trots, hoe ik netjes in in een 'S'je naar beneden ging vanaf de blauwe piste! Het was heel gezellig om een board-maatje te hebben, en niet in je eentje te hoeven klooien in de sneeuw. Vaak gingen we sarcastisch heel hard lachen als de ander viel en dan “haha, loser!” roepen, lekker kinderachtig. Dat was een beetje ons niveau humor, sarcastisch gemeen naar elkaar doen. Wanneer we bij een bar stonden, duwde de één de ander weg om voor te dringen. Elkaars verhaal afkappen met dingen als; “Good for you, thanks for sharing.” Of elkaars foto verpesten, door er voor te springen met een lelijk gezicht. Daarnaast konden we ook uren praten en zaten we echt op één lijn met interesses. Helena zal ik absoluut missen en ik ben dankbaar dat ik haar ontmoet heb. Het zijn in Nieuw Zeeland op de een of andere manier voornamelijk vrouwen waar ik mee omga. Allemaal stuk voor stuk; geweldige, interessante en onafhankelijke vrouwen met een uniek verhaal, maar hier om dezelfde reden.

Nieuw Zeeland is echt het land van de outdoor activiteiten; fietsen, hiken, snowboarden, mountainbiken, klimmen en noem maar op. Ook hier komt mijn besluiteloosheid weer naar boven en wil ik weer eens alles tegelijk. Wat keuzes maken betreft, heb ik nog een hoop te leren. Wellicht komt dit ook omdat ik nu 30 ben. De keiharde mijlpaal van zelfreflectie, waarbij iedereen zijn eigen leven onder de loep neemt en zich afvraagt; ben ik gelukkig met mijn gemaakte keuzes? Wat zou ik graag willen doen? Ben ik waar ik had gehoopt te zijn en ben ik trots op wie ik ben? Vragen die ik mezelf vaak stelde wanneer ik aan het werk was, tijdens het opmaken van het zoveelste bed of het schoonmaken van de zoveelste badkamer. Op carrière gebied niet echt de visie die ik voor mezelf in gedachten had een paar jaar geleden. Wat dat betreft ben ik er niet op vooruit gegaan en had ik het drie jaar geleden bij Studio Piraat tien keer beter voor elkaar. Natuurlijk zou ik al mijn ervaringen van de afgelopen twee jaar voor geen goud willen inruilen, voor het hebben van een carrière of koophuis. Echter zal ik niet ontkennen dat het soms best confronterend is, wanneer al je vrienden thuis; huizen kopen, zich verloven of flinke promoties maken. Dat is de keerzijde van backpacken en tijdelijk werken in het buitenland. Je begint letterlijk onderaan de ladder en mag blij zijn dat je een baantje kunt vinden. Wat helaas resulteert in een simpel rot baantje, voor een hongerloontje. Dat ik tijdens mijn werk zoveel tijd had om na te denken, werkte daarom niet erg mee. Ik heb vaak het gevoel gehad dat ik mijn tijd en energie gigantisch aan het verspillen was bij de lodge. Graag had ik iets gedaan waar ik wat van op zou steken; barista of banketbakker of weer ontwerpen. Al kan ik nu als geen ander een bed opmaken en glimt de badkamer tegen je in als ik hem schoonmaak. Het werk had ook zo zijn voordelen; de werktijden waren bijvoorbeeld heel relaxed. Ik begon voornamelijk om 10 uur en was voor etenstijd weer thuis. Lange dagen maakten we zelden, wat helaas weer nadelig was voor mijn salaris. Dit werd weer gedeeltelijk gecompenseerd in de hoeveelheden eten en drinken die de mensen achterlieten. Tassen vol met; bier, flessen wijn, melk, groenten, fruit, koekjes, snacks en zelfs blokken kaas. Hierdoor gingen we wekelijks met een pretpakket naar huis en voelde ieder weekend als Kerstmis. Voor wie ooit in Nieuw Zeeland is geweest, snapt dat dit enorm veel geld scheelde. Het grootste gedeelte van mijn salaris gaat namelijk naar de boodschappen. Het doet iedere week weer zeer om $ 5,- voor 80 gram spinazie, $ 8,- voor een avocado of $ 9,- voor een dozijn eieren te betalen. In ieder huis dat we schoonmaken, liepen we allen eerst hoopvol naar de keuken om de leftover-goodies te spotten. Het vinden van een pak melk, zak pasta en doos eieren scheelde je zo weer een uur werken. Met deze berekening heb ik mijzelf dan ook wijs gemaakt, dat ik gedeeltelijk in boodschappen betaald werd.

Een ander pluspunt aan de lodge waren mijn collega's, met allemaal kon ik het goed vinden en er hing over het algemeen altijd een goede sfeer. We waren een lekkere mix aan mensen, met verschillende culturele achtergronden. Nepal, Japan, Argentinië, Colombia, Tsjechië, Frankrijk, UK, Nederland en Jo (de manager) was de enige Kiwi. Dit zorgde soms voor hilarische misverstanden en miscommunicaties op taalgebied. Helena (Frans) die keer op keer op zoek was naar de “bag for the shitts” of Tereza (Tsjechisch) wiens zinnen voornamelijk uit wat steekwoorden bestonden; I. Take. Vacuum. Yes? Of Nat (Japans) die altijd met grote ogen ja knikte, om vervolgens te vragen wat je nou eigenlijk bedoelde. Soms irriteerde ik mij mateloos aan het gebrek aan Engels, maar ik vond de mix aan culturen ook heel leuk en interessant. Met name met Helena kon ik het direct goed vinden en we werden al snel vriendinnen. Ook met Sophie (UK) had ik een goede klik en met beiden heb ik een super gezellige tijd gehad. Mijn eerste drie maanden waren super, we hadden veel lol met elkaar en het werk was heel relaxed. Wanneer ik eerder naar huis wilde was dat geen probleem, wanneer ik dezelfde dag als Helena vrij wilde zijn (om samen te snowboarden), was dat prima. Al om al, ontspannen en fijne sfeer. Toen een paar maanden later – vanwege een aantal nieuwe regels – de sfeer in de lodge drastisch veranderde, nam Helena ontslag. Even later ging ook Sophie om dezelfde reden weg, waardoor er voor mij niet veel meer aan was. Vele keren heb ik overwogen om zelf ook mijn ontslag in te dienen, echter had ik nog maar twee maanden te gaan op mijn werkvisum. Een andere en leukere baan vinden – voor zo een korte tijd – was lastig. Uiteindelijk besloot ik om te blijven en het nog even vol te houden. Vervolgens had ook Jo een andere baan gevonden en vanaf dat moment vond ik er werkelijk niets meer aan. Er was veel irritatie met het management en er waren veel misverstanden op communicatie gebied nu Jo er niet meer was. We kregen overal de schuld van en niets van wat we deden was goed. Ik had mij nog nooit zo ondergewaardeerd en ongemotiveerd gevoeld op mijn werk. Het interesseerde mij allemaal niets meer en steeds vaker deed ik alsof ik aan het werk was, maar ondertussen zat ik met een kop koffie in één van de badkamers in de lodge te appen. Vaak was ik daarna boos of geïrriteerd, want ik was een versie van mezelf die ik niet wilde zijn.

Toen ik weer eens een rot dag op mijn werk had gehad, kreeg ik een idee. Ik besloot om op de Wanaka Facebook pagina een bericht te posten en mij als freelance ontwerper aan te bieden. Ik had weinig vertrouwen in mijn impulsieve actie en verwachtte niet dat er iets zinnigs uit zou komen. Het tegendeel was waar. Vlak nadat ik mijn bericht had geplaatst, kreeg ik een inbox bericht van Janice; de director van Aspiring Law. Ze had interesse en vroeg of ik diezelfde week nog langs wilde komen. Aangenaam verrast door het snelle succes van mijn actie, maakten we een afspraak. Opeens had ik een sollicitatiegesprek bij een advocatenkantoor gepland staan. Lichtelijk nerveus liep ik het kantoor binnen, er hing zo een typische kantoor lucht en iedereen had nette dure kleding aan. Gezien ik net uit mijn werk kwam, was ik gekleed in een legging, grote trui en sneakers. Niet erg representatief, maar eerlijk gezegd had ik niet veel andere keuze wat kleding betreft. Dat begint mij ook wel eens te irriteren, mijn kleding... Ik zie er nooit meer een keer 'leuk' uit en heb altijd een bij elkaar geraapt zooitje van de tweedehandswinkel aan. Gelukkig had ik een gesprek vanwege mijn skills en was het geen modeshow. Ik ontmoette Janice en Cindy, ze waren heel enthousiast over mijn portfolio en wilde graag een samenwerking beginnen. Ze lieten gelijk van alles zien en ik werd overspoeld met vragen over of ik ze kon helpen met allemaal kleine eenvoudige aanpassingen. “Can you crop these pictures, so that she is in the middle? And also add our logo at the bottom?” Uuhm, yes I can... “Really?! That's great, we need you!” Ze vroegen of ik één dag in de week op kantoor wilde komen werken, en ze boden het dubbele van mijn uurloon bij de lodge aan. Enthousiast zei ik ja, maar zei ook direct eerlijk dat mijn werkvisum nog maar 1,5 maand over had. Dat was geen probleem zeiden ze tegelijk. Na een gezellig gesprek met de twee dames, stond ik een uur later lichtelijk verbijsterd weer buiten. Tevreden liep ik weg en keek lachend naar de heldere blauwe lucht en vroeg mij af waar ik dit nu weer aan te danken had.

De maandag daarop was mijn eerste werkdag, trots – en een beetje zenuwachtig – liep ik het kantoor binnen. Hier werd ik ontvangen door een overenthousiaste Cindy, zij zou mij verder begeleiden met de projecten. De eerste twee uur waren gevuld met; een voorstelronde aan iedereen op kantoor, koffie drinken en mijn contract tekenen. De eerste 60 dollar was al binnen en ik had mijn laptop nog niet eens aangezet. Vervolgens kreeg ik mijn eigen 'cubicle', zo eentje van de film weet je wel? Stiekem wilde ik altijd een keer in een cubicle werken, om dat ultieme kantoorleven meegemaakt te hebben en te kunnen zeggen dat het vreselijk is. Dit valt mij overigens enorm mee, ik vind het eigenlijk wel lekker om mijn eigen 'hokkie' te hebben. Ik had mijn eerste dag veel ruzie met bestanden en inlogcodes, waardoor ik mij druk maakte dat ik niet zoveel voor ze gedaan had. Hier dachten Cindy en Janice gelukkig anders over en vonden het een hele productieve eerste dag. Cindy en Janice zijn beiden geweldig, ontzettend aardig, geïnteresseerd en motiverend. Ook vinden ze alles mooi wat ik maak, dat scheelt natuurlijk ook. De sfeer op kantoor was goed, en niet die saaie driedelig grijze sfeer die ik verwacht had. Mijn eerste dag vloog voorbij en voor ik het wist was het zes uur. Wat heerlijk contrasterend met de lodge, waar ik continue de tijd in de gaten moest houden. 1 uur lodge, 45 minuten Dungarvon, 1.15 uur AOU en 10 schrale minuten koffie pauze... Iedere dag weer hetzelfde gezeik met die uren, want iedere minuut moesten we kunnen verantwoorden. Nadat ik twee dagen op kantoor had gewerkt, merkte ik weer hoe het ook kon. Ik merkte hoe enorm gemotiveerd ik weer was in alles en dat ik veel beter in mijn vel zat. Ik was niet meer chagrijnig of gespannen en was trots dat ik weer met ontwerpen bezig was. Al snel werd ik gevraagd voor twee dagen per week en vervolgens voor drie. Een aantal keer liet ik mijn shift bij de lodge last-minute vallen, zodat ik op kantoor kon werken. Niet erg netjes naar mijn baas toe, maar na hoe zij met hun personeel omgingen deed ook dit mij weinig meer. Daarnaast wilden mijn collega's de uren maar wat graag hebben, want veel werk was er niet. Indirect was ik dus collegiaal bezig, iets dat ik mezelf vertelde om mij niet schuldig te voelen. Dit heeft uiteindelijk geresulteerd in een erg ongezellig telefoongesprek met mijn baas, waarin hij na de zin; “Whatever, just take the bloody day off!” boos ophing. “Oh, I will!” riep ik luid terug. Diezelfde dag heb ik mijn ontslagbrief geschreven en met heel veel plezier – tijdens mijn lunchpauze op kantoor – bij de lodge afgegeven. Wat was dat een ontzettende opluchting, om niet meer financieel afhankelijk van hen te zijn. Ondanks deze ongelukkige afsluiting, heb ik geen spijt van de lodge. Zonder de lodge; had ik hoogstwaarschijnlijk Helena niet leren kennen, waar ik al die maanden een super leuke tijd mee gehad heb. Zonder de lodge; had ik waarschijnlijk niet dat bericht op Facebook gepost, waardoor ik mijn mooie samenwerking met Aspiring Law zou zijn misgelopen. Zonder de lodge; had ik waarschijnlijk niet ingezien dat ik helemaal klaar ben met dit soort k#tbaantjes, hierdoor heb ik nu serieuze plannen om straks thuis mijn eigen ontwerpbureau(tje) te starten. Zonder de lodge; had ik waarschijnlijk nooit zoveel tijd gehad om na te denken. Daardoor heb ik veel kunnen reflecteren op mijn leven, mijn gevoel, mijn toekomstplannen en alle dingen die ik geleerd heb. Het is heel makkelijk om je focus op de negativiteit te leggen, de kunst is om er een positieve draai aan te geven. Ik geloof dat alles gebeurd met een reden, ook de minder leuke dingen.

Ook Helena had het niet zo naar haar zin bij het nieuwe werk. Toen we na werk weer eens bij het meer zaten te klagen over onze dag, besloten we dat we meer leuke dingen moesten doen. Een boat cruise in Queenstown, Movie night met sushi, klimmen in de klimhal en een roadtrip naar Mt Cook was het resultaat! Eind september zijn we met vijf meiden naar Mt Cook gereden. Het was een korte trip van 2 dagen en 1 nacht, maar precies wat we nodig hadden Eenmaal onderweg merkten we hoe veel te comfortabel we allemaal waren geworden in Wanaka en dat we het kleine dorpje al weken niet hadden verlaten. Het voelde goed om weer even weg te zijn en wat nieuwe scenery om ons heen te hebben. We verbleven in het YHA hostel, een super gezellig en knus hostel in Mt Cook village. Hier hebben we een heerlijke maaltijd in elkaar geflanst en als verrassing had ik een chocolade taart meegenomen. We maakten het die avond niet laat, want we hadden een vol programma de volgende dag. We hadden enorm veel geluk met het weer en de zon volgde ons op de voet. Nadat we de Hooker Valley track bij Mt Cook in volle zon had gelopen, begon het te regenen op het moment dat we de auto weer instapten. Lachend reden we naar Lake Pukaki, hier was het nog zonnig en daarom besloten we om erin te springen. Het is een gletsjermeer en dus lekker 'fris'. Dat is duidelijk te horen in onze heldhaftige video, waarin we als een stel gillende keukenmeiden het water trotseren. Eenmaal terug bij de auto, betrekt ook hier de lucht naar grijs. We rijden weer verder en doen een korte wandeling in een weiland – waar naar Helena's zeggen – een scene van LotR is gefilmd. Daar was natuurlijk niets meer van te zien, maar desondanks de moeite waard. Zingend, lachend en met typische wijven gesprekken rijden we terug naar ons – toch wel – geliefde Wanaka. Waarom hebben we dit niet eerder gedaan??? De vraag die altijd volgt na een geslaagd uitje.

Ik kon Wanaka natuurlijk niet verlaten, zonder de track te hebben gelopen met het meest iconische uitzicht van Nieuw Zeeland. De grootste trekpleister (trackpleister) van Wanaka is zonder twijfel Roy's Peak. Met goede reden, want het is een prachtig uitzicht vanaf de top. Toch trok de track mij niet zo, vooral vanwege de daadwerkelijke wandeling. Een zigzaggende – acht kilometer lange – zandweg, stijl omhoog. Daarnaast is de wandeling zo populair, dat er soms een rij staat om een foto te nemen op de bekende 'Instagram-spot'. Niet erg motiverend om zoveel moeite te doen, voor het aanschouwen van een uitzicht dat je al kent door alle vele foto's. Toen ik hoorde over de Skyline Track; een 23 kilometer lange wandeling over de bergrug van Mt Alpha die, vervolgens uitkomt op Roy's Peak. Veranderde ik van gedachte, want ik kon Wanaka toch niet – na ruim 6 maanden – verlaten zonder Roy's Peak te hebben gedaan? Het was een last-minute besluit, maar ik had het niet beter kunnen doen. Ik moest eigenlijk gewoon werken, maar besloot om te gaan snowboarden met Helena. Toen zij liet weten dat ze wat later was en zei dat ik maar vast moest gaan, had ik opeens een ander idee. Het was namelijk fantastisch weer en ik voelde mij energiek. Een half uur later stond ik met mijn duim omhoog langs de kant van de weg, ik werd opgepikt door een Amerikaan. Een typische stoner-snowboarder met een oud hippie busje. Hij bood een hijs van z'n joint aan, maar die sloeg ik glimlachend af. Wellicht niet de beste bestuurder om bij in de auto te stappen, maar dat terzijde. De track begon met een uur door een weiland vol schapen, die mij allemaal angstig en verward aankeken. Gevolgd door wat river-crossings en daarna langzaam de berg op. Eenmaal boven had ik fantastisch uitzicht aan alle kanten, maar al snel kwam ik in de sneeuw terecht. Stom genoeg had ik daar niet over nagedacht. De sneeuw was rond de 40 cm diep en zorgde ervoor dat ik een stuk langzamer liep. Soms gleed ik uit, omdat ik de grond niet kon zien en ook de track zelf werd steeds slechter zichtbaar. Ik begon mij een beetje zorgen te maken dat ik het niet ging halen voor zonsondergang. De track werd steeds smaller en modderiger, doordat de sneeuw op veel plaatsen al aan het smelten is. Op een gegeven moment was het pad geblokkeerd met gigantische rotsen en stijlen modderige paden aan weerszijden. Ik had een stok weten te bemachtigen, die mij er meerdere malen van heeft weerhouden de afgrond in te glijden. Normaal hou ik wel van een uitdaging en wat avontuur, maar nu was ik gewoon echt bang dat ik zou vallen. (lees; een val van ruim 30 meter). Eenmaal 'back on track' zag ik Roy's Peak recht voor me liggen, “nog een half uurtje” dacht ik. Echter zag ik toen niet hoe het pad liep. De track liep namelijk eerst omlaag en volgens stijl omhoog. De laatste 100 meter kwam ik enkel vooruit door de stok diep in de sneeuw de steken en mij hieraan omhoog te trekken. Ik was helemaal kapot en twijfelde of ik voldoende energie had om het tot de top te halen. Als een hijgend paard en knal rood aangelopen kwam ik eindelijk boven. Er was niemand. Ik had mij voorbereid op een groep mensen, maar ik had de top voor mij alleen. Het uitzicht was te gek en al snel was ik vergeten hoe ik een half uur daarvoor bijna doodging. De zon stond al laag en zakte bijna achter bergen. Ik hoorde stemmen en zag drie mensen vanaf de andere kant de berg opkomen. Toch niet helemaal alleen, maar dat vond ik niet erg en eigenlijk wel gezellig. Al snel raakten we aan de praat en maakte ik meteen gebruik van het feit dat zij een foto konden nemen. (schuldig) Samen hebben we de kleurrijke zonsondergang gekeken en zijn we via de Roy's Peak track naar beneden gelopen. Wat een klote track, mijn knieën voelde verbrijzeld aan toen we bij de parkeerplaats aankwamen. Een extra bevestiging dat ik de juiste keuze had gemaakt met de Skyline. Na nog wat sterren kijken kreeg ik een lift naar huis, uitgeput maar voldaan plofte ik op de bank neer. Wat een onvergetelijke dag.

Het moment was aangebroken, mijn laatste dag in Wanaka en de laatste dag van mijn Working Holiday Visa. Afscheid nemen zal ik altijd moeilijk blijven vinden, zeker wanneer je je ergens zo thuis hebt gevoeld voor een lange tijd. Mijn laatste weken waren heel fijn. Gevuld met veel leuke dingen doen, omringd door lieve mensen, veelal mooi weer, maar ook een hoop emoties. Mijn laatste avond was ook Helena's laatste avond en daarom hadden we al onze vrienden uitgenodigd voor een afscheidsdrankje in Waterbar. Dit werden er al snel meer en met een klein groepje hebben we het nog aardig laat weten te maken. Mede doordat we allen niet wilden dat de avond zou eindigen. Op zulke momenten lijk ik als twee druppels water op mijn moeder en rollen die druppels bij de geringste emotie alweer over mijn wangen. Het lukte aardig om mij groot te houden (bij de meesten). “We're not gonna cry!” Zei Helena standvastig. Echter liet ze maar niet los na een lange knuffel en hoorde ik zacht gesnikt. Ik moest lachen en barstte tegelijkertijd zelf ook in tranen uit. Lachend, huilend en een beetje dronken hebben we elkaar onze afscheidsspeech gegeven. Ook altijd zo een dingetje; je hebt in je hoofd wat je wilt zeggen, maar wat er daadwerkelijk uitkomt is een wirwar aan half afgemaakte zinnen. Snikkend, maar met de grootste glimlach liep ik – in het licht van de volle maan – terug naar huis. Het was een heel dubbel gevoel. Een maand geleden was ik klaar om weg te gaan, maar zodra het zover is vind ik het weer veel te snel gegaan. Ik wilde niet weg, ik wilde mijn fijne huis niet uit en ga Wanaka en mijn vrienden ontzettend missen. Echter zou ik er niet voor altijd willen blijven wonen, de tijdelijkheid maakt het juist zo mooi. Je waardeert alles veel meer, je plukt de dag en ziet vooral de goede kanten. Niets is namelijk perfect en aan ieder voordeel zit een nadeel. Zo is Alles in Wanaka bijvoorbeeld ontzettend duur en het is best wel een 'kakkerdorp'. Dat neemt niet weg dat het zonder twijfel de mooiste plek is waar ik tot nog toe gewoond heb. De prachtige omgeving, de veiligheid, de goede sfeer en veelal zonnig weer. Ja, Wanaka is een fantastische plek, bijna té mooi om waar te zijn. Dit heeft natuurlijk gevolgen, want zo een bijzonder plaatsje blijft niet onopgemerkt. Vijf jaar geleden had niemand van het kleine dorpje gehoord en momenteel groeit het sneller dan Queenstown... Jammer en zonde, maar zo gaat dat helaas. Gelukkig was ik er nog net op tijd bij en ga ik gewoon weer op zoek naar de volgende 'verborgen diamant'.

Het was tijd voor Melbourne! Even heen en weer naar Australië vliegen, omdat dat goedkoper is dan mijn visum vanuit Nieuw Zeeland om te zetten naar een toeristen visum... Lekker krom, maar mij hoor je niet klagen. Liftend ben ik naar het vliegveld in Queenstown gegaan. Monique was nog zo lief om mij een lift naar het kruispunt te geven, Kai was ook mee en zat met zijn dikke kont op mijn schoot. Hij wist dat er iets geks aan de hand was en wilde niet dat ik de auto uit ging. Met dikke tranen gaf ik ook Kai nog een laatste knuffel, waarna ik hem vervolgens met moeite van mijn schoot moest duwen. Daar stond ik dan weer alleen, met enkel een klein rugtasje aan de kant van de weg. Het woord 'Queenstown Airport' opschrijven, duurde gelukkig langer dan dat ik het omhoog hield. Ik werd opgepikt door een rasechte Kiwi uit invercargill en werd een uur lang vermaakt door al zijn mooie verhalen. Vervolgens werd ik voor de deur van het vliegveld afgezet, blijft toch altijd leuk dat liften! Ruim bijtijds was ik op het vliegveld. Een mooi moment om te reflecteren op de afgelopen maanden en uit te zoeken wat ik eigenlijk wilde doen in Melbourne. De gehele reis verliep super soepel en nog voor 23.00 uur lag ik in mijn nieuwe tijdelijke bedje. Het verblijven in een hostel was weer even wennen. Ik verbleef in 'The Nunnery', een oud klooster dat was omgetoverd tot hostel. Dat oude aspect was overigens goed te merken. De eerste nacht werd ik geïrriteerd wakker, omdat ik dacht dat er in de kamer naast mij flink tekeer werd gegaan. De volgende ochtend hoorde ik – van de oude vrouw die naast mij sliep, – dat het de pijpleidingen waren en dat dit iedere nacht gebeurd...

Na 6 maanden Wanaka was ik natuurlijk niets meer gewend, dus als een soort 'Jip & Janneke in de grote stad' liep ik overdonderd door het centrum heen. Overal mensen en iedereen was natuurlijk 'druk'. Handsfree bellend, met in de ene hand een hippe laptoptas en de andere een 'take away soy flat white' (of whatever), rennen ze gehaast over straat. Gadverdamme, wat een onnozel gedoe. Denk ik bij mezelf. Lachend loop ik ernaast in mijn vertraagde dorps pas en kijk ik vol bewondering om mij heen. Aandachtig observeer ik alles en iedereen, want naast het 'zaken volk' is er veel meer te zien. De 'stadsgek' bijvoorbeeld, een karakter dat ik al lang niet meer gezien heb. Zo'n typetje met een viezig en onverzorgd uiterlijk, die met een zware rook stem en een broek op half zeven wankelend tegen de muur staat te schreeuwen dat die z'n mond moet houden. Geen gebrek aan stadsgekken in Melbourne kan ik je vertellen. In het kader van; 'don't judge a book by it's cover', zeg ik er eentje vriendelijk gedag. Daar wordt vervolgens op gereageerd met een dikke snot rochel op de stoep. Oke dan niet, dacht ik teleurgesteld. Verder is Melbourne wel echt een hele leuke stad, veel kunst & cultuur en – buiten de spugende dakloze om – was iedereen ontzettend vriendelijk en behulpzaam.

Ik voelde mij niet erg sociaal in Melbourne en heb ik er vier dagen – met enkel mezelf als vriend – opgetrokken. Na wat pogingen in het hostel, merkte ik al snel dat het mij geen ene reet kon schelen hoe mensen heette, waar ze vandaan kwamen of wat hun plan was. Ik had geen behoefte aan gezelschap of zin om tijd vrij te maken voor het investeren in nieuwe vrienden. Toen ik daar op dag één achter kwam, was ik dan ook zeer content met; 'me, myself and I'. Ik ging iedere avond op tijd naar bed en was weer vroeg uit de veren om de stad te verkennen. Eerst rustig de gratis pannenkoeken van het hostel naar binnen proppen (scheelt weer een paar dollar). Die kon ik vervolgens weer uitgeven aan mijn shopping list, die ik al een tijdje klaar had liggen. Bh, topjes, onderbroeken, sneakers en een nieuwe telefoon. Wellicht had een visumverlenging vanuit Wanaka toch goedkoper geweest... Ik voelde mij echt 'uit' en heb volop genoten van alle; kunst, graffiti, architectuur, musea, galeries, tuinen en noem maar op. Iedere dag at ik buiten de deur en zocht ik vooraf online de beste goedkope restaurantjes op. Geen enkele keer was ik teleurgesteld en heb ik de lekkerste dingen gegeten! Dat goed eten niet duur hoeft te zijn blijkt wel, je moet alleen weten waar je moet zijn. Zelfde geldt voor vervoer, wat dat betreft ben ik ook wel een lekkere Hollander hoor. Het centrum in Melbourne heeft een gratis tramnetwerk, waar ik uiteraard alle dagen uitgebreid gebruik van heb gemaakt. Buiten het centrum om gebruikte ik de Melbourne City Bikes met behulp van een online app. Voor 3 dollar per dag kun je onbeperkt gebruik maken van de fietsen, met een maximum van 45 minuten per rit. Ik vind het altijd veel leuker om dat soort dingen zelf uit te zoeken en vervolgens mijn eigen 'tour' organiseren. In plaats van de domme toerist te spelen, die alles voorgeschoteld krijgt.

Na vier dagen door de stad slenteren, had ik wel weer behoefte aan de natuur. Eenmaal terug in Nieuw Zeeland heb ik mijn auto en spullen in Wanaka opgehaald en ben ik naar Glenorchy gereden. Glenorchy is een klein plaatsje vlakbij Queenstown en de deur naar het Fiordland National Park. Het merendeel van Lord of the Rings is in Fiordland gefilmd en dat is duidelijk zichtbaar. Voornamelijk de Routeburn Track is een beroemde wandeling in het park, een 33 km lange trekking door de bergen. Deze track staat al maanden op mijn lijst en eindelijk ging ik deze waarmaken. De wandeling vergt alleen wel de nodige planning en voorbereiding. Zo kun je hem in de winter niet lopen vanwege de sneeuw, En in de zomer zijn de hutten onbetaalbaar. De herfst en de lente zijn je beste opties, echter kunnen de weersomstandigheden nogal onvoorspelbaar zijn in deze periodes. Het blijft dus altijd een beetje een gok. Ik besloot hem – één week voordat het wandelseizoen begon – te gaan doen. De weersverwachting was helaas niet best en opeens was er weer volop sneeuw voorspeld. Ik besloot langs te gaan bij DoC (Department of Conservation), om te vragen of het verstandig was. Het antwoord was nee. Er lag nog veel sneeuw op de bergtoppen, wat gepaard ging met lawinegevaar. Toch was ik niet overtuigd en besloot ik mij voor te bereiden op de wandeling. DoC staat namelijk bekend om zijn overdreven voorzorgsmaatregelen. Eenmaal in het hostel ontmoette ik een meisje (Katie) dat de Caples track ging lopen. Een 32 km lange wandeling langs de Caples River, die eindigt aan de andere kant van de Routeburn track. Ik had bedacht dat ik de Caples track heen kon doen en de Routeburn Track terug. Een 65 km lange loop, met twee overnachtingen in hutten. Mocht het weer inderdaad te slecht zijn, dan zou ik zelfs nog de Greenstone Track terug kunnen lopen. Tevreden over mijn plan vertrokken we de volgende ochtend vroeg, we hadden een flinke dag voor de boeg. Het was 29 km naar de hut en gezien het de eerste dag was, had ik een volgepakte tas van 13,5 kg op mijn rug... De eerste 10 km waren vlak en bijzonder makkelijk, waardoor we beiden iets positiever werden over de haalbaarheid van de planning. De tweede 10 km waren een stuk zwaarder, hier moesten we veel over boomstammen klimmen, via stenen rivieren oversteken en een klim van 945 meter naar de McKellar Saddle maken. De laatste 9 km leken oneindig en net voor zonsondergang kwamen we bij de Howden hut aan. We hadden er ruim 9 uur over gedaan en waren helemaal gebroken. Het was hopen op een bed, want buiten het wandelseizoen om kun je niet vooraf boeken. Er was plek! Opgelucht ploffen we op bed neer, ik had direct in slaap kunnen vallen. Ik barstte van de honger. Eindelijk kon ik mijn gasstelletje uitproberen, die ik een maand geleden in de tweedehandswinkel had gescoord. Hierdoor woog mijn tas wel een kilootje meer, maar ik had geen zin om 3 dagen op brood te leven. Katie keek jaloers toe, hoe ik mijn maaltijd in elkaar flanste. Zelf had ze 12 boterhammen met ham & kaas bij zich, waar ze na de vierde al helemaal klaar mee was. Om half 9 vielen mijn ogen letterlijk dicht en kon ik mijn slaapzak uit gaan testen, ook in de tweedehandswinkel gescoord. Ik viel als een blok in slaap, maar werd om 22.00 weer hard wakker geschud. “Pfff, kan dat niet wat rustiger” dacht ik geïrriteerd. Het schudden bleef aanhouden en ik besefte mij ineens dat ik mij wederom in een aardbeving bevond. Mijn hartslag versnelde zich direct in een rap tempo, ik dacht namelijk vooral aan mogelijke lawines die hierdoor getriggerd konden worden. Het trillen hield gelukkig op en gelijk was het stil, niemand in de hut leek er iets van gemerkt te hebben en dus ging ik ook maar weer slapen. Ook een aardbeving went blijkbaar...

Uitgerust werd ik wakker, ik had ruim 11 uur liggen slapen en kon er weer tegen aan. Die ochtend heb ik met Katie 'Key Summit' beklommen, waarna onze wegen scheidde en ik in mijn eentje aan de Routeburn begon. Het was prachtig weer en ik had enkel een kleine 9 km naar de volgende hut te gaan. De track was fantastisch en 10 keer indrukwekkender dan de gehele Caples track. Ik bleef maar stoppen voor foto's en genoot volop van het mooie weer. Eenmaal bij de hut was het pas half drie en ik besloot om een duik in het gletsjermeer te nemen. Er zaten drie gasten buiten die mij direct voor gek verklaarde en verbijsterd toekeken hoe ik zonder twijfel het meer in liep. Ik zal niet liegen, want 'tering tyfus koud' is erg zacht uitgedrukt. Binnen 1 minuut liep ik blauw aan en voelde ik de kramp in mijn voeten opkomen. Eenmaal uit het water voelde ik mij herboren! Die avond was het gezellig in de hut, er was een open haard en de hele avond hebben we met een klein groepje gezellig rond het vuur zitten praten. Er was geen verbinding en dus waren alle telefoons nutteloos. Die avond had ik weer nieuwe vrienden gemaakt om de volgende dag mee terug naar Glenorchy te lopen. De laatste dag, was 'die spannende lawinegevaar dag'. Hier moesten we de hoogste Saddle over lopen, waar nog steeds sneeuw lag. De twee jongens die ik had ontmoet (Thomas en Roma), kwamen van die richting en zeiden dat het prima kon. Dat was ook zo. Er lag inderdaad nog wat sneeuw, welgeteld 20 cm diep met een lengte van 30 meter van de gehele track... Ik was zo blij dat ik koppig was geweest, want dit had ik niet willen missen. Die laatste dag was letterlijk het hoogtepunt, wat een belachelijk mooie wandeling! We hadden de track voor ons alleen en het voelde letterlijk alsof we in Lord of the Rings liepen. Normaal gesproken ben ik geen grote fan van die typisch toeristische plekken, maar in Nieuw Zeeland zijn ze dat om een goede reden. Mt Cook, Milford Sound, Routeburn track. Allen stuk voor stuk ongelooflijk indrukwekkend om met eigen ogen te kunnen zien. Voldaan en tevreden liepen we de track uit en kreeg ik van de jongens een lift naar het hostel. Eenmaal terug, veranderde de lucht van blauw naar donker grijs en kwam het met bakken uit de lucht vallen. Over perfecte timing gesproken!

De volgende dag was het mijn verjaardag. Hier keek ik eigenlijk helemaal niet naar uit en zag er zelfs al weken een beetje tegenop. Niet omdat ik 30 werd, daar heb ik gelukkig compleet vrede mee. Ik ben zelfs een beetje trots op mijn leeftijd. Klinkt gek, maar ik vind dat ik het tot nu toe prima doe in mijn leven. Mijn angst zat hem vooral in dat ik op mijn 30e verjaardag in mijn eentje zou zijn. Op de een of andere manier voelde dat heel triest, maar toen de dag eenmaal aanbrak heb ik dat helemaal niet zo ervaren. Ik werd wakker met het allerleukste filmpje op mijn telefoon van Rie en Loes. Ik schoot direct in tranen en zat snikkend aan tafel in het hostel. Er werd al snel gevraagd wat er aan de hand was en ik vertelde dat het 'happy tears' waren. Ik werd gelijk van alle kanten gefeliciteerd en kreeg van Thomas twee van zijn crêpes, die hij vol liefde had staan bakken die ochtend. Ik liet het filmpje zien en ondanks dat ze hen niet kenden of het verstonden, waren zij ook ontroerd door het gebaar. Ik besefte wederom dat je op reis maar zelden alleen bent en dat liefde ook op afstand werkt. Die middag ben ik blij de auto ingestapt en heb ik mijn weg vervolgd naar Oamaru. Om mijn verjaardag niet helemaal voorbij te laten gaan, ben ik in mijn eentje naar een bar gegaan. Ik heb inmiddels al veel dingen alleen ondernomen, naar een bar gaan echter nog niet. Een beetje ongemakkelijk ging ik met mijn biertje tussen een groepje mensen zitten, opeens toch een beetje spannend. Echter raakte ik al snel aan de praat met een Engelsman en hebben we een gezellige avond gehad. Oh...En en en? Hoor ik je denken, maar nee. Helaas veel te jong (Ik ben nu oud enzo) en mijlenver van mijn type, maar wel gewoon gezellig mee zitten praten. ;)

De keuze voor Oamaru was voornamelijk een tussenstop voor mijn weg naar Christchurch. Waarom Christchurch? Nou; een aantal maanden geleden heb ik de keuze gemaakt om een nieuwe tatoeage te nemen. Zoals ik er ook eentje van Azië heb op mijn rug, wilde ik er ook eentje van Nieuw Zeeland. Al maanden ben ik aan het nadenken over wat ik dan wil. Tijdens een wandeling in Januari op het Noordereiland kwam het idee van een varen. “Oh een varen? Het logo van Nieuw Zeeland, lekker origineel Malou...” Naja dat dus, ik wilde er daarom wel een creatieve draai aangeven. Tijdens dezelfde wandeling zag ik veel varens die nog ingerold zaten en dus moesten 'ontplooien'. Dit stadium van de varen past bij hoe ik mijzelf zie. Dezelfde spiraalvorm komt terug in één van de Maori symbolen en heeft als naam de; Koru. Hier heb ik ook een Jade (greenstone) ketting van, omdat de betekenis hiervan mij aansprak. “groei, ontwikkeling en een nieuwe begin”. Letterlijk een creatieve draai dus. Het traject van idee tot tatoeage was wel een flink leerproces. Ik had de perfecte artiest gevonden in Christchurch; Beksi van Otautahi Tattoo. Na een kort mail gesprek, besloot ik toch dat Christchurch wat ver weg was. Overhaast heb ik vervolgens een afspraak bij Otautahi Tattoo in Queenstown gemaakt. Echter, na een kort consult in de shop kreeg ik een slecht voorgevoel. Diezelfde avond heb ik de afspraak weer afgezegd. Ik voelde mij bezwaard, maar het voelde niet goed. Een week later ben ik de shop Holy Skin in Wanaka binnen gestapt, om mijn idee te bespreken en wat informatie te vragen. Voor ik het wist was de eigenaar van de shop met een stift op mijn arm aan het tekenen en had ik een afspraak voor een halve sleeve gepland staan. De Koru als bloemblaadjes op mijn schouder die vervolgens overloopt in een mandala met een Fantail bird op mijn bovenarm, het ontwerp was te gek en het voelde goed. Na de eerste sessie kreeg ik het echter Spaans benauwd, eenmaal thuis zag ik dat de lijnen niet zo mooi strak waren en ik twijfelde enorm over de plaatsing van de Fantail. Het was nog niet af, maar ik zag nu al dat het niet veel beter zou gaan worden. Ik had een gigantische tatoeage laten zetten en was er niet blij mee. Ik was er oprecht ziek van en had zoveel spijt, maar durfde het niet hardop te zeggen... Laat staan mijn ouders vertellen van mijn domme keuze. De tijd terugdraaien en het ongedaan maken was helaas geen optie, je wil niet weten hoe erg ik wenste dat dit wel mogelijk was. Daarom moest ik met een realistische oplossing komen. Na veel twijfelen besloot ik om niet terug te gaan naar Holy Skin, maar dat ik het af zou laten maken door mijn eerste keuze; Beksi. Gelukkig zag Beksi het ook zitten en had ik twee maanden later (afgelopen week) een afspraak met haar. Zeggen dat ik nerveus was, was zacht uitgedrukt. Beksi moest ongeveer wonderen gaan verrichten, om mijn mening over mijn tatoeage te doen veranderen. Eenmaal in de shop werd ik al snel gerustgesteld, nooit eerder heb ik zo een lieve en bescheiden tatoeëerder ontmoet. “Don't worry, nothing is ruined yet” zei ze met een glimlach. Al zingend begon ze met een stift op mijn arm te tekenen. Beksi doet voornamelijk freehand tattoos en alles wat ik tot nog toe van haar gezien heb, vind ik te gek. De schets was al fantastisch en beter dan wat ik in mijn hoofd had, dus kreeg ze mijn goedkeuring het permanent in mijn arm prikken. Al snel stonden de bloemen erop in mega strakke lijnen. Vervolgens heeft ze de bestaande lijnen allemaal overgetrokken, ze zijn nu ietsje dikker maar wel recht dit keer. Één volle, plus een halve dag later was mijn 'meh' tattoo, getransformeerd tot een kunstwerk waar ik mega trots op ben! Ik kan niet verwoorden hoe blij ik ben, met mijn keuze om tóch naar haar toe te gaan. Op de een of andere manier past het hele proces ook zo ontzettend goed bij mijn tijd in Nieuw Zeeland. De eeuwige twijfel, het spijt hebben van keuzes, vervolgens goed naar je hart luisteren waarna uiteindelijk toch alles goed komt. Ik denk dat de samenwerking van beiden artiesten ervoor heeft gezorgd dat het nu zo een unieke tatoeage is geworden. Maar nog veel belangrijker, dat ik er zo blij mee ben!

Mijn visum in Nieuw Zeeland zit er op. Het jaar is echt voorbij gevlogen en vandaag ben ik precies twee jaar van huis. 1 November zal voor mij altijd een bijzondere datum blijven. Drie jaar geleden had ik niet durven dromen, wat ik de afgelopen twee jaar allemaal heb gedaan, gezien en bezocht. Destijds had ik er waarschijnlijk net zo ongelovig naar staan luisteren, als dat de vele mensen doen die ik ontmoet. Ik probeer er daarom iedere dag weer even bij stil te staan. Vaak kijk ik om mij heen en zeg ik lachend hardop wat ik aan het doen ben. “Ik ben in Nieuw Zeeland!” Is er eentje die ik het afgelopen jaar vaak tegen mezelf geschreeuwd heb. Ik vind het belangrijk om mezelf te blijven herinneren aan dat wat ik doe bijzonder is, ondanks dat het nu als heel gewoon voelt. Ik neem het niet voor lief en ben nog steeds iedere dag dankbaar. Natuurlijk heb ik niet een jaar lang alleen maar enthousiast en dankbaar tegen mezelf staan schreeuwen dat ik in Nieuw Zeeland ben. Want eerlijk is eerlijk, zo eenvoudig werkt dat niet. Ik heb hier ook gewoon mijn rot dagen, want reizen is echt niet alleen maar lang leven de lol. Het is één groot groeiproces van; keuzes maken, uit je comfort zone stappen, jezelf positief verrassen, maar ook keihard tegenkomen. Wanneer het voor de wind gaat, voelt niets beter dan die overwinning. Echter, wanneer de uitkomst anders is dan gehoopt, kun je je zo verslagen en alleen voelen. Je straft jezelf voor het maken van de verkeerde keuze, een vrij nutteloos tijdverdrijf... Het is onmogelijk om te weten of iets de juiste keuze is, op het moment dat je het besluit neemt. Iets waar ik continue weer tegenaan loop. Uren, dagen of soms zelfs weken loop ik te malen in mijn hoofd; “Zal ik zus of beter zo? Of misschien dit of toch dat? Het is makkelijk om achteraf je gemaakte keuzes te bekritiseren, je weet immers de uitkomst ervan. Ik weet nog zo goed hoe onwetend en gespannen ik twaalf maanden geleden in Wellington aankwam, of hoe 'groen' ik aan het begin van mijn reis door Bangkok liep. Zo vaak heb ik de afgelopen twee jaar gedacht; had ik maar... Ik kon over de kleinste dingen inzitten. “Hindsight is a beautiful thing” zei mijn huisgenoot Matt altijd, als ik weer eens zat te balen over iets onbenulligs. Ik heb veel over mezelf geleerd de afgelopen tijd. Vooral dat ik ontzettend kritisch ben en soms best eens wat liever voor mezelf mag zijn. Daarom kijk ik nu voldaan terug op het afgelopen jaar en ook wanneer de uitkomst van mijn gemaakte keuzes niet was wat ik gehoopt had, ben ik tevreden en trots. Ik doe het immers ook – keer op keer – allemaal maar alleen.

Toedeloe!

Foto’s

6 Reacties

  1. Loes:
    1 november 2019
    Lieve Lou, wat mag je trots op jezelf zijn! Heb je hem helemaal gelezen? Ja ik heb hem helemaal gelezen dit keer! Twee jaar van huis waarin je zoveel geleerd en gedaan hebt maar ondanks dat ook zo lekker jezelf bent gebleven. En dat is waarom we van je houden en ook de reden waarom liefde en vriendschap op afstand hartstikke goed kan! Maar potverdorie.. in mei nu wel echt naar huis komen want we missen je!😘
  2. Corine:
    1 november 2019
    Dag zusje
    Gewoon al 2 jaren weg! Dat zijn 24 maanden! en wat heb je weer een levensverhaal geschreven. Ik ben er maar bij gaan liggen.. het klinkt allemaal te mooi om waar te zijn en wat is het knap dat je het allemaal zo bewust mee probeert te maken en geniet van alles wat er gebeurt. In het "nu" leven is nogal een opgave he? Ik kan niet wachten om je over 3 maanden te zien! Dikke kus je zus
  3. Julia Warmerdam:
    2 november 2019
    Lieve Malou ik ben ontzettend trots op je, je ging als een onzeker meisje weg en ik weet zeker, Je komt terug als een veel zelfverzekerde vrouw dan je ooit voor mogelijk had gehouden.
    Wat heb je veel gezien, gedaan en meegemaakt. Een tijd die je de rest van je leven met je meedraagt als een prachtige levenservaring. Dit neemt niemand je meer af. Blijf genieten koester de tijd die nog komen gaat. We zien elkaar weer in Bangkok. Heel veel zin in.
    Ook geweldig dat Corine mee gaat. Liefs van ons. ❤️❤️
  4. Julia Warmerdam:
    2 november 2019
    Hè hè ik lees niet zo snel maar ik heb het helemaal gelezen.
    Ik wist het meeste natuurlijk al van onze telefoon gesprekken maar toch leuk om het allemaal terug te lezen. Ook leuk voor later en voor cas en Siem kunnen ze later een voorbeeld van hun tante nemen.
    Verder sluit ik me helemaal bij 3 andere schrijfsters aan.
    Dikke kus en we gaan je zien in Thailand.
    PS.ik luister nog steeds vaak naar archive en moet dan altijd aan onze tijd met jou in nieuw zeeland denken .het staat nu ook weer op.(live in de zinet)
  5. Malou:
    3 november 2019
    Dank jullie wel allemaal! Wat een super lieve reacties <3

    Ik ben blij dat het na 2 jaar nog steeds zo goed lukt op afstand Loes! Maar van de zomer ben ik thuis hoor, dat beloof ik :)

    Haha dat zijn idd 24 maanden Cor, wat een tijd he! Dat is zeker een opgave en echt niet altijd makkelijk. Ik kijk ook uit naar Thailand, maar voorlopig geniet ik nog even van hier ;)

    Nou idd zeg, ik was zeker nog een meisje mam, wat kun je dan veel groeien in 2 jaar tijd. Echt een ervaring voor het leven, die ik voor altijd bij me zal dragen. Ik ben absoluut veel zelfverzekerder dan ik ooit gedacht had, maar tegelijkertijd nog wel gewoon mezelf ;)

    Haha ja, dat zullen Mark en Cor leuk vinden als ze een voorbeeld aan hun tante nemen en er voor 2 jaar vandoor gaan :p Mooi hè wat muziek kan doen, ik heb dat ook met heel veel muziek nu. Dat bepaalde nummers mij bij bepaalde momenten op reis doen denken.
  6. Wilfried en Annemarie:
    7 november 2019
    Hoi, Malou.....had gewoon geen tijd om te lezen en weet dat als ik begin aan je verhaal moet ie in 1 keer af. Wat een heerlijk brok tekst met ongelooflijke herinneringen. Dat reizen geeft je energie maar kost het ook en weet er alles van. Malou Travel nog maar lekker door, blijf genieten en zoek het avontuur xx